Geen woord dat het beschrijven kan

B272 C355 CB473 D473 E473 F80 G473 K355 LSM115 P214 R325 S196 T473
1
Geen woord dat het beschrijven kan:
De vrijheid van de ziel,
Die boven al het aardse is
En onder Gods beheer.
Al is van Hem, zij ’t leven, dood,
Van nu en wat er komt
De vrede vindt hij nu in God
Zijn woonplaats is in Hem.
2
De Koning koos jou en mij om
Te delen op Zijn troon.
Toch weigeren wij steeds weer om
Van Hem alleen te zijn.
Spreek nimmer van opoffering,
Maar voorrecht ongekend,
Van Hem te zijn tot elke prijs,
Dienend in ’t leger Gods.
3
Sta op! Ga het akkoord aan!
’klein deel voor het geheel –
Elk mens en elk voorval gelijk,
Dienen de verloste ziel.
Alles behoort aan mij in Hem
En Hij is één met mij.
Een grenzeloos leven in Hem,
Wachtend op ’t koninkrijk.