Ik vond de onvergelijkbare
Ik vond de onvergelijkbare
1
|
Ik vond de onvergelijkbare, Mijn hart is vol van vreugd’. Ik juich, omdat ik Christus heb, Hij is mijn aller deugd. |
2
|
Mijn Christus is het Lam van God, Welke redding valt mij ten deel. Rechtvaardigheid van God is Hij, Waarmee Hij mij bekleedt. |
3
|
Mijn Christus is de levensboom, Zo vol van vruchten zoet. Mijn honger stilt Hij telkens weer, Zijn leven smaakt zo goed! |
4
|
Uit Christus, de gespleten rots, Stroomt levend water voort. Hij is de levende fontein, Die immer rijker wordt. |
5
|
Mijn leven, licht en weg is Hij, Mijn welzijn en mijn troost. Mijn vrede, rijkdom, vreugd’ en rust, Mijn heerlijkheid en hoop. |
6
|
Hij is mijn wijsheid en mijn kracht, Mijn roem, gerechtigheid. Mijn overwinning, redding vast, Mijn waarheid, heiligheid. |
7
|
Hij is mijn Redder, Herder, Heer, Mijn Voorspraak die God dient, Mijn Raadsman, Vader en mijn God, Mijn Broeder, Liefde, Vriend. |
8
|
Mijn Hoofdman en Bewaker Hij, Mijn Leraar en mijn Hoofd. Mijn Leider, Meester, Bruidegom, Die nu mijn geest bewoont. |
9
|
Profeet en Priester, Koning Hij, Profeet met helder zicht; Mijn Priester, mijn Bemiddelaar, Mijn Koning heerst in ’t licht. |
10
|
De Leidsman en voleindiging, Van mijn geloof is Hij. Mijn Waarborg en Bemiddelaar, Getuige trouw voor mij. |
11
|
Hij is mijn woonplaats voor altijd, Mijn overvloedig land. Mijn schuilplaats, vesting en mijn burcht. In Hem is nu mijn stand. |
12
|
Mijn Sabbat en de nieuwe maan, Mijn morgen en mijn dag. Hij is mijn tijd, mijn eeuwigheid, Wat er ook komen mag. |
13
|
Hij is mijn hoop en mijn vertrouw’n, Volkomen schoon en mild. Mijn vreugde en tevredenheid, Die al mijn noden stilt. |
14
|
Mijn Christus, alomvattende, Zo onbeschrijf’lijk Hij, Hij is in allen eerst en laatst, Dat Hij ons alles zij. |
15
|
Mijn Christus is de schat in mij, Mijn hart is vol van vreugd. Ik juich omdat ik Christus heb, Hij is mijn aller deugd. |
Delete Comment
Are you sure you want to delete this comment?